Mammoettanker
"Aquarius"
van ondergang gered
Op 10 september 1970 voltrok zich een drama voor de "Aquarius", een nog nieuwe supertanker van 220.000 ton dwt. die met een volle lading ruwe olie onderweg was van Kharg Island in de Perzische Golf naar Roemenië.
Aan boord van de "Thames" liep 2e marconist Hessel Kerkhof op die dag
de vroege ochtendwacht toen hij het volgende SOS- bericht ontving van het Russische schip
"Svetlogorsk": "SOS collided with tanker Aquarius stop
tanker in fire".
Onmiddelijk werden kapitein Hoogeboezem en 1e marconist Hupkes door hem gepord om actie te
ondernemen naar aanleiding van dit bericht. De positie van de aanvaring werd in de kaart
gezet en een gesprek met Smit Rotterdam aangevraagd om de aanvaring te melden, zodat er
contact kon worden opgenomen met de eigenaren en verzekering van de "Aquarius".
Het was een voorspoedige reis voor de bemanning van de "Thames" die op 3 juli
aan boord stapte in Bahrein, waar de sleepboot op station lag en op het moment van de
aanvaring met hun derde job, de Griekse kustvaarder "Mersey Coast" zich op de
rede van Karachi bevond. Dit schip was gestrand op Masirah Island, zelf weer vlot gekomen
en dreef stuurloos in de Arabische Zee.
Twee uur later kwam het bericht uit Rotterdam dat de Thames op basis van LOF was
geaccepteerd voor de berging van de tanker en na de kustvaarder afgeleverd te hebben in
Karachi werd onmiddelijk met volle kracht koers gezet naar de positie van de
"Aquarius".
Zondagavond 13 september arriveerde de "Thames" bij de "Aquarius" ter
hoogte van het eiland Masirah in de Arabische Zee. De tanker bood een trieste aanblik, de
gevolgen van de aanvaring met de Rus waren desatreus, de met een zware ijsversterking
uitgeruste voorsteven van "Svetlogorsk" had zich diep in het
bakboordsachterschip van de tanker, ter hoogte van de machinekamer, geboord. Er ontstond
een gat van niet minder dan 40 meter lengte dat tot ver onder de waterlijn doorliep.
Bovendien werd het dek over een lengte van 10 meter naar binnen gedrukt. Tot overmaat van
ramp brak in de accomodatie op het achterschip een felle brand uit die een volledige
verwoesting van dit gedeelte tot gevolg had. De machinekamer was vol water gelopen
waardoor het schip diep achterover in het water lag.
De 1e stuurman van de tanker was hierbij om het leven gekomen. Tijdens de aanvaring was
hij vanaf de brug in zee gesprongen en daarna vermist. Hij was het enige slachtoffer van
de ramp. De rest van de bemanning was aan boord genomen door de tanker "Taurus",
welke had vastgemaakt op de "Aquarius" en deze gaande hield weg van de
kust van Oman. Later bleek dat de onder Liberiaanse vlag varende tanker Israelisch
eigendom was en dus buiten de territoriale wateren van Oman gehouden moest worden want
beide landen waren beslist geen bevriende Naties!
De enorme ravage aan het achterschip van de
"Aquarius"
's maandags vroeg werd de marconist van de Thames gepord omdat de
"Taurus" een telegram voor de "Thames"had, terwijl deze vlak naast de
tanker voer en voortdurend VHS-contact met hen had. Met dit telegram aan de
"Thames" formaliseerde de kapitein van de "Taurus" voor hem en zijn
bemanning het feit dat zij de "Aquarius" uit de kust hadden gehouden etc.. Ook
verklaarde hij onder het grootste voorbehoud los te gooien. Op zich een begrijpelijke
reaktie, maar hij kon per saldo nergens met het schip naar toe. Bovendien had Smit een LOF
contract met de eigenaren.
Hierna maakte de "Thames" sleepverbinding en vervolgde de "Taurus"haar
reis.
Twee dagen later werd besloten de tanker naar een ankerplaats ter hoogte van Bandar Abbas
te slepen, en voor deze reis kreeg de "Thames" assistentie van de Deense
sleepboot "Svitzer" die op station in Djibouti lag en de Duitse sleepboot
"Albatros" van Bugsier die hiervoor door Smit werden gecontracteerd. Met een
snelheid van gemiddeld 3 mijl per uur werd op 20 september de ankerplaats in de golf van
Oman bereikt.
De "Thames" met volle kracht onderweg naar de
"Aquarius"
De Deense "Svitzer" kwam de
"Thames"assisteren
En ook de "Albatros" van Bugsier was van de partij
De mammoettanker nadert de ankerplaats bij Bandar Abbas. Aan
stuurboord bij het achterschip
ligt de "Albatros"langszij, de "Svitser ligt aan bakboord langszij.
De inmiddels gearriveerde bergingsploeg kwam met een
gehuurde dhow het transport te gemoed.
Vanaf dit vaartuigje werd deze foto van het transport genomen.
De Dhow waarmee de bergingsploeg van Bandar Abbas naar de
"Aquarius" werd gevaren.
Het diep in het water liggende achterschip van de
"Aquarius.
Gelijktijdig
met het vertrek van de gehavende tanker naar Bandar Abbas waren in Nederland alle
voorbereidingen getroffen om de "Aquarius" zo snel mogelijk zeewaardig en
sleepklaar te maken. Kort voor de sleep bij Bandar Abbas arriveerde, kwam de bergingsploeg
aan.
De "Aquarius werd ten anker gebracht en onze bergingsdeskundigen konden voor een
eerste inspectie aan boord gaan. Inmiddels kwam met een chartervliegtuig (foto rechts)
zeven ton aan bergingsmateriaal in Bandar Abbas aan. Daaronder bevonden zichelektrische
onderwaterpompen,stoomslangen, generatorsets, schakelkasten, duikmateriaal
enz.
Intussen was een plan de campagne gemaakt hoe het schip in een veilige conditie te
brengen. Zaak was uit het dieper liggende achterschip water en lading te pompenom dit
omhoog te krijgen. Een inspectie onder de waterlijn door duiker Leliveld leverde een goed
overzicht op van de zware averij en daarnaar kon worden gehandeld. Pompen werden op het
achterdek opgesteld teneinde het water uit de achterpiek en de stuurmachinekamer te
verwijderen. De deur van de stuurmachinekamer was op een normale wijze niet dicht te
krijgen. Met een patch werd dit probleem opgelost. Er kon toen worden begonnen met
pompen op stuurmachinekamer, achterpiek, trossenruim en enige kleine tanks.
Gelijktijdig hielden mannen van de "Albatros" zich bezig met het overpompen van
olie uit de stuurboord brandstoftank via de bunkerleiding naar het voorschip. Vier volle
dagen was alle aandacht geconcentreerd op het omhoogbrengen van het achterschip.
Alle hens aan dek van de "Thames" om het bergingsmateriaal in Bandar Abbas aan boord te nemen.
Duiker Leliveld op het achterschip van de
"Aquarius"voor een onderwater inspectie
van het immense aanvaringsgat. Achter hem een duiker van de "Svitzer".
Bij het begin van de berging werden de meeste pompen op het
achterdek van de tanker opgesteld
om achterpiek en stuurmachinekamer droog te maken
Overleg aan dek van de "Aquarius". De heren Rom
Colthoff(rechts) en
Gelderblom (links) in gesprek met de heer Shalmon, vertegenwoordiger
van de eigenaar van de mammoettanker.